De Tempel

Na jaren bouwen is het feest.
Herodes heeft zijn werk verricht,
de tempel schittert in het licht.
Nooit is dit huis zo mooi geweest.

Veel trappen leiden naar het plein,
hier zijn de hoge zuilengangen
en echoën de lofgezangen.
Hoe groot en ruim is dit terrein!

De tempel heeft zijn schoonheid weer,
maar al die pracht valt in het niet
voor wie op Jezus Christus ziet,
want Hij is meer, oneindig meer.

Al werd Hij door het volk bespot,
toch woont in Hem Gods heerlijkheid.
Zijn lichaam toont Gods majesteit,
Hij is het ware Huis van God.

De tempel wijst naar Jezus heen.
Hij is de Plaats om God te prijzen,
in Hem moet alle dank verrijzen.
Hij is het Godshuis, Hij alleen.

De tempelmuren vielen neer
– die schoonheid was slechts voor een tijd,
maar Jezus blijft in eeuwigheid,
want Hij is meer, oneindig meer.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

14 − negen =