Zoon

Hij gaat weg, mijn jongste jongen
en niet één keer kijkt hij om.
Hij wil mij niet langer kennen.
Lieve, lieve zoon, waarom?

Elke dag tuur ik de weg af
Komt mijn zoon er alweer aan?
Maanden – jaren zelfs – verstrijken.
ik blijf op de uitkijk staan.

Op een dag zie ik een stipje,
heel ver weg nog, uiterst klein,
maar ik ren en blijf maar rennen
want dat móet mijn zoon wel zijn!

Ja, het is mijn lieve jongen!
Ik omhels hem. Hij verklaart:
ik ben door mijn grote zonden,
echt de naam van zoon niet waard!

Lieve zoon, je blijft mijn jongen,
ook al deed je mij zo zeer.
Kom, vier feest, je bent gevonden,
je was dood – nu leef je weer!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

4 × vier =