Zondag 6

1. Het kwaad waardoor de mensen dwalen
is door een waarlijk mens begaan,
dus moet een mens de schuld betalen,
want zo wordt aan Gods recht voldaan.
Geen mens kan voor een ander lijden
wanneer hij zelf steeds zonden doet.
De Redder die ons kan bevrijden
moet dus rechtvaardig zijn en goed!

2. Om heel Gods toorn te kunnen dragen,
moet Hij ook God zijn, vol van macht;
zo kan Hij doen wat God blijft vragen,
zo geeft Hij aan Zijn mensheid kracht,
zo kan die Borg ons door Zijn sterven
voorzien van Zijn gerechtigheid,
zo kan Hij ook voor ons verwerven
het leven en de zaligheid!

3. Die Borg is Jezus, onze Heere!
Die Redder is Gods eigen Zoon!
Hem moeten wij als Heiland eren:
waar God, waar mens in één Persoon.
Hij is van God aan ons gegeven
tot wijsheid en rechtvaardigheid,
tot heiligmaking in ons leven,
tot een volkomen zaligheid!

4. Het Evangelie laat dit weten,
God Zelf sprak dit al na de val;
de patriarchen en profeten
vertelden dit ook overal.
Hier heeft de godsdienst naar verwezen,
door offers werd Gods raad onthuld.
Tot slot heeft God zoals wij lezen
dit alles door Zijn Zoon vervuld!

Te zingen op de wijs van Psalm 66, 98 en 118.

Een reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

vijftien − elf =