Keer weer

O God, de schuld drukt mij zo zwaar,
ik kán niet zonder Middelaar.
Toch durf ik niet naar Hem te gaan,
want mijn geweten klaagt mij aan.
Keer weer, keer weer,
keer nochtans weer!

O God, de zonden doen zo’n zeer!
Ik blijf maar vallen, keer op keer.
Ik heb me niet genoeg verzet
en waakte niet in het gebed.
Keer weer, keer weer,
keer nochtans weer!

O God, steeds dieper schaam ik mij.
Geen uur gaat zonder schuld voorbij.
Terug naar U? Dat lukt me niet,
ik doe U veel te veel verdriet.
Keer weer, keer weer,
keer nochtans weer!

Keer weer! Want waarom durf je niet?
Je wilt dat God jouw vroomheid ziet,
dat Hij niet ziet op Jezus’ bloed,
maar op het goede dat jij doet.
Keer weer, keer weer,
keer daarom weer!

Keer weer naar Jezus’ heilsfontein,
Zijn bloed alleen maakt jou weer rein.
Want alles wat je zelf probeert,
is zondig en totaal verkeerd.
Keer weer, keer weer,
keer daarom weer!

Keer weer, keer weer, keer altijd weer!
Want zo geef je aan God de eer.
Het gaat niet om jouw eigen loon,
maar om het offer van de Zoon.
Keer weer, keer weer,
keer daarom weer!